Koekjeswinkel
Door: ks
Blijf op de hoogte en volg Kees
28 Maart 2010 | Vietnam, Hué
Over het algemeen kun je bij de winkeltjes op de stoep op een plastic krukje installeren en ter plekke de consumptie nuttigen. Dat zal voor een deel ook wel het bestaansrecht van deze winkeltjes verklaren. Ik denk dat ze het onderhand best moeilijk hebben nu grote supermarkten enorm in opkomst zijn. Het lijkt mij dat ze zelf niet kunnen inkopen voor de prijs waarvoor de super het soms verkoopt. Ze zijn dan ook duurder.
Vlak bij mijn hotel installeert zich elke avond en het weekeinde een vrouw op de stoep. Gezien de "openingstijden" heeft zij nog een andere baan en is dit een bijverdienste. Volgens mij woont ze in het steegje erachter. Bijna altijd kun je hier achter de huizen aan de straat ook weer huizen vinden.
De vrieskist en een vitrinekast wordt dagelijks naar buiten gereden. Ook weer prominent de koekjes. Als ik er kom zitten er meestal wel een paar mannen een biertje te drinken op een krikje naast de vrieskist. Rijstbier, 333. Uitgesproken als bah, bah, bah. Zo smaakt het ook. Ik koop bij haar altijd kleine drinkpakjes melk en yoghurt. De melk zonder suiker, dat moet je er hier wel bij zeggen. De boodschappen krijg ik mee in een 2e hands plastic tasje. De kassa van het winkeltje is ook een plastic zak.
Ik ben inmiddels vaste klant. Als ik eraan kom, dan gaat de vrieskist al open 4 bakjes yoghurt?, ja 4. De melk, khong duong? (geen suiker?), ja khong duong. Bij haar heb ik vanaf de eerste keer altijd de gewone Vietnamese prijzen betaald. Bij sommige van die winkeltjes vinden ze het normaal om toeristen meer te laten betalen.
Plastic zakken is hier handel, net als kartonnen dozen en blikjes, etc. Je ziet hier de afvalverzamelaars het tussen het vuilnis uithalen, maar heel vaak kopen ze het. Zoals bij restaurants die veel dozen en blikjes hebben. Als ik in mijn hotel de was klaar zet in een plastic tas, zie ik dat tasje nooit meer terug. Het afvalverzamelen schijnt nog voor een redelijke boterham te zorgen. Relatief dan, er zit beleg op.
Zojuist heb ik nog een rol Oreo gekocht. Niet bij mijn favoriete stalletje, dus teveel moeten betalen. Het is ook best wel begrijpbaar, dat ze een graantje proberen mee te plukken van die rijke westerlingen. Zolang ze het niet overdrijven, doe ik er niet moeilijk over.
Bij de andere winkels is het niet enkel teveel vragen aan de toerist, maar standaard meer vragen, ook aan de Vietnamees, omdat er moet worden afgedongen. De aanpak die ik dan vaak kies, is om het geld dat ik wil betalen, te voorschijn te halen en dan weglopen. Soms is dat afdingen wel een leuke hobby, maar het wordt uitermate vervelend als het altijd moet. Pas nog een usb-stick gekocht, waarvoor ik absoluut teveel heb betaald, maar ik had domweg geen zin om te gaan marchanderen. Wat dat betreft is de opkomst van de supermarkten en andere moderne winkels wellicht een stukje verlies van de charme van het land, maar voor mij wel een verademing.
Ik ben op bezoek geweest in het weeshuis, Duc Son Pagode. Achter op de scooter er naar toe. Een andere brommer voor het transport van de traktatie, 200 zakjes chips. Bij elk bezoek ziet het weeshuis er beter uit. Er wordt nu bijgebouwd een paar honderd meter verderop en belangrijker nog op een heuvel. Bij een hoge waterstand houden ze het in het weeshuis namelijk niet droog. Bij mijn eerste bezoek een paar jaar geleden was nog duidelijk behoorlijke stormschade te zien. Als het binnenkort gereed is, kunnen ze indien nodig uitwijken naar de nieuwe gebouwen. In de nieuwbouw is ondermeer een bibliotheek en een computerlokaal. Deze laatste is mede mogelijk geworden dankzij de bijdragen van velen van jullie.
Naast de nieuwbouw is ook de oudbouw opgeknapt. De ruimte voor de zuigelingen is ook helemaal nieuw ingericht. Momenteel hebben ze een stuk of 6 baby's, totaal 180 weeskinderen. De laatste aanwinst, een baby van 4 weken oud, is deze week voor de deur gevonden.
Het lijkt mij dat het weeshuis tegenwoordig ook meer geldelijke giften van de Vietnamezen krijgt. Vroeger was het voornamelijk een zak met rijst. Ik weet niet of het bij Duc Son het geval is, maar ik heb gelezen dat de Vietnamezen die in het buitenland wonen ook belangrijke donateurs van de pagodes (zeg maar een Boeddhistische kloosterorde) zijn. Vietnamezen zien het doen van giften aan een goed doel, ook vaak als het kopen van een stukje geluk voor zichzelf. Of andersom, het bedanken voor verkregen welvaart. Een paar mensen van mijn stamrestaurant waren mee geweest en toen het de dagen erna goed druk was in het restaurant, werd duidelijk de relatie gelegd.
Ik zie nu veel pagodes nieuw bouwen. Het zijn vaak de mooiste gebouwen van de omgeving. Ik krijg dan altijd een beetje kriegelig idee over een kerk die veel geld spendeert aan een mooi gebouw, maar het is ze vergeven. Ik weet dat veel pagodes hier veel goed werk doen. De staat is vaak maar beperkt bij machte wat te doen.
Als je, zoals ik, langer ergens verblijft, dan is het niet enkel vakantievieren. Je hebt dan ook de gewone dagelijkse beslommeringen. Je moet naar de kapper. Tot nu toe was ik telkens naar mooi uitziende kapsalons gegaan, die dus ook relatief duur zijn, 50.000 Dong (2 euro). Dit met het idee de winkel ziet er mooi uit en is duur, dus het werk is vast goed. Enkel dat is natuurlijk een waardeloze redenering. De vorige keer ben ik een paar dagen later naar een andere kapper geweest voor herstelwerkzaamheden. Deze keer heb ik maar een ouderwetse vakman opgezocht. De salon is niet meer dan een onderdoorgang en ziet er niet uit, maar de kwaliteit van de knipbeurt was omgekeerd aan de etalage. Kosten 30.000 Dong en dat is dan vermoedelijk ook nog de toeristenprijs, maar voor mij werd er wel een nieuw mesje in de shaver gedaan.
Ik zal het trouwens wel nooit leren. Op de heetste dag van de week halverwege de middag er naar toe. Krijg ik natuurlijk ook een nylon cape om. Om te stikken zo warm.
Afgelopen week ben ik naar een heel mooi natuurpark geweest. Op een kilometer of 10 van Hue. Een groot meer omgeven door bossen. Middenin het meer een eilandje met een gebouw in de vorm van een drakenkop. In dat gebouw is een mooi aquarium. Wat minder mooi is, dat ze er ook een paar krokodillen hebben op een paar vierkante meter en een grote zeeschildpad in een zielig bakje water. Maar goed, afgezien daarvan, de moeite van een bezoek waard. Het is nauwelijks bekend bij toeristen. Ik had het ook nog niet eerder gezien. De Vietnamezen gaan er heen om te picknicken. De toegangsprijs is ook heel Vietnamees, 10.000 Dong en voor het aquarium nog eens 15.000 Dong. Bij de tombes, wat echte toeristentrekkers zijn, hebben ze 2 prijzen. Toeristen 55.000 Dong en Vietnamezen 35.000. Dat is het officiële overheidsvoorbeeld, dus waarom de koekjeswinkel en de kapper niet.
Bij een van de tombes, die ik heb bezocht, had een buurman in zijn huis mooie toiletten gemaakt voor de bezoekers. Zeker voor Vietnam heel net sanitair. Het "toilet" op het tombe-terrein was de naam niet waard (het Vietnamees voor wc is hygiënehuis), te vies om binnen tien meter te komen. Wat nog slimmer van de buurman is, dat ze opa bij het schoteltje hebben neergezet. Vanwege de nette toiletten en acht gut die arme oude baas had ik al 5.000 Dong gegeven (20 cent), normaal is 1.000 wel genoeg. Opa toen maar naar mijn portemonnee wijzen, zo van "nog meer". Dan loont toch mijn inspanning om Vietnamees te leren. Toen ik in het Vietnamees zei dat hij al 5.000 had gehad, bond hij subbiet in.
-
28 Maart 2010 - 13:53
Alexandra:
Was je een beetje melig toen je de onderschriften voor de foto's verzon :-)
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley