Condoleance
Door: ks
Blijf op de hoogte en volg Kees
21 Februari 2011 | Vietnam, Hué
De grootvader van een vriendin was overleden. Zesennegentig is de man geworden. Een heel respectabele leeftijd. Drie dagen nieuwjaarsfeestjes zijn hem uiteindelijk toch fataal geworden. Dat maakt dat ik er wel een luchtig verhaal van kan maken. Toen ik tegenover het meisje mijn spijt betuigde, kreeg ik de reactie; het is niet erg, over zeven dagen is hij vertrokken naar de eeuwigheid.
Voor condoleren was alle gelegenheid. Tenminste zover ik het begrijp, is daar geen bepaalde tijd voor en de overledene is zeven dagen opgebaart geweest bij een van zijn zoons thuis. Hij was denk ik de klos, omdat hij het grootste huis had.
Al die tijd gaat de familie gekleed in een wit gewaad en een witte sjerp om het hoofd. Het huis was omgeven met blauw en wit doek. De kist was opgesteld in het voorste open gedeelte van het huis. Daarvoor stond een grote kast als een soort altaar, omgeven door rode en goudkleurige decoraties en een Boeddha-beeld erop. Ik neem aan dat dit allemaal voor de gelegenheid wordt gehuurd. Achter de kist een meer dan manshoog doek met daarop gedrukt zijn naam en de geboorte- en overlijdensdatum. Op de muur hangt een tijdtabel, met (neem ik aan) de diverse rituelen. De eerste vier uur 's ochtends de dag na het overlijden. Het altaarhuisje, dat hier bijna altijd voor een huis op een paal staat, was afgedekt en wordt pas weer geopend na de feitelijke begrafenis.
Op de vierde dag ben ik met een aantal van haar collega's wezen condoleren. De Australische eigenaar van het hotel waar de kleindochter werkte en verder een manlijke en drie vrouwelijke collega's. Onderweg bloemen, fruit en wierrook gekocht. Andere zaken, die de man in het volgende leven zo nodig kan hebben, kan ook. Ik zag mensen na ons met een fles rijstwijn als offer.
Bij binnenkomst zat iemand achter een tafeltje. Van haar kregen wij een dienblad waarop de gaven werden gezet. Hiermee dienden wij, na de schoenen te hebben uitgetrokken, naar de kist te gaan. De Australiër en ik achter de Vietnamese man aan en goed opletten. Iemand zit klaar naast een gong. Op een gongslag drie keer buigen voor het altaar. Daarna schuin voor de kist gaan staan en de offergaven daar neerzetten. Elk kregen wij een bradend wierookstokje. Weer een gongslag en nu twee keer buigen. Het wierookstokje plant je vervolgens in een pot en daarna een rondje om de kist. Aan het eind nogmaals twee keer buigen.
Daarna is het net als in Nederland, alleen is de koffietafel hier thee met gekonfijte gember, Ook de hier bijna onvermijdelijke meloenpitten. Verder heel klein opgevouwen blaadjes met iets erin waarop je moest kauwen. Dit tezamen met een klein stukje fruit, dat ik ook al niet kende. Er werd mij verteld dat oude mannen dat deden en als ze beide handen gebruiken om het in de mond te stoppen, is het een teken dat ze dronken zijn. Echt waar, temminste zo is het mij verteld. Ik heb het maar niet geprobeerd. En, in Nederland doen wij dat tegenwoordig niet meer, een pakje sigaretten ligt klaar op tafel.
De dames in ons gezelschap waren niet meegelopen en waren direct aan tafel gaan zitten. Ik dacht eerst dat het ritueel exclusief voor mannen was. Maar nee. Jullie gingen al, dus hoefden wij niet te gaan, was de verklaring. De dames hadden zich dus vakkundig gedrukt. Leuk, je voelt je toch al een houten Klaas, met alle ogen op je gericht. Je denkt dat je alles fout doet. Ik kreeg trouwens de kans om nog een keer te oefenen. Ze hadden mij verteld dat je ook wat geld in een envelop geeft. Ik had gedacht die aan de familie te overhandigen, maar dat was niet de bedoeling. Ook dit was bestemd voor de overledene. Dat kon ik niet maar zo afgeven en ik moest nogmaals een rondje om de kist maken. Deze keer alleen en ik voelde mij knap opgelaten. Moet ik nu op de gong wachten, of wacht die man tot ik buig? Ik weet het nu nog niet zeker. Boeddha moet maar een oogje dichtknijpen.
Daarmee was het nog niet afgelopen. De volgende dag ontving ik een uitnodiging voor een lunch bij de familie op de zesde dag. Deze keer er heen met de Australiër en een Amerikaan die hier werkt. Ik had al het idee, dat dit ook bij de plechtigheden hoorde. De Amerikaan had echter niet zo nagedacht. Hij had een flesje whisky voor de vader van het meisje gekocht. Lust de man wel. Die ging dus ook op een dienblad naast de bos meegebrachte gele bloemen. (Er was ons ingefluisterd, dat ze perse geel dienden te zijn.) En daar gingen we weer, nog een rondje om de kist. Je raakt er zo wel bedreven in.
Eerst weer de thee met gember, maar daarna een uitgebreide lunch. Gezien de witte kleding van de anderen, waren wij drieen de enige niet-familie. Volgens mij net zoiets als de offergaven. Het kan vast nooit kwaad in het hiernamaals, als er zulke rijke mensen op je begrafenis komen. De man heeft het grootste deel van zijn leven op een boot op de rivier gewoond en dat is zo ongeveer de armste categorie hier.
De lunch was vegetarisch, maar werd goed nat gehouden met rijstwijn. Ik heb zo'n donkerbruin vermoeden, dat dit een van de offergaven was. Tot teleurstelling van de tafel dronk ik dat vrij voorzichtig. Ik lust het wel en het is maar vijftien procent, maar om er nu om twaalf uur 's middags in een half uur tijd er een stuk of zes naar binnen te kiepen. Nodeloos te zeggen dat het wel een gezellige bedoening werd.
Het verhaal is wat uitgebreid en detaillistisch geworden, aangezien ik foto's maken toch wel ongepast vond. Groeten Kees
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley